Home Blogs Borstkanker

Borstkanker

“Als het infuus aangesloten wordt, wordt het me even te veel”

Vandaag gaat mijn behandeling beginnen. In mijn hoofd gaan mijn gedachten en gevoel heen en weer. Ik weet dat ik dit nodig heb om beter te worden, aan de andere kant voelt het onwerkelijk. Ik voel me niet ziek en heb nog regelmatig het idee dat dit niet over mij gaat. 

Ik zie op tegen het hele traject, maar ook tegen deze eerste dag op de ‘Dagbehandeling Oncologie’. Ooit was is ik hier op een open dag. Het zag er allemaal mooi uit. Ik dacht toen; ‘Als je hier behandeling moet krijgen, zit je wel goed’. Nooit aan gedacht dat ik dat zelf wel eens zou kunnen zijn. 

Op de afdeling mag ik één van de comfortabele, in allerlei standen te zetten, stoelen uitzoeken. Door de grote ramen heb ik een mooi uitzicht op de omgeving. Als het infuus is aangesloten wordt het me even te veel. Gelukkig is Björn er om me daar doorheen te helpen. 

In totaal zit ik 1½ uur aan het infuus. Naast de chemotherapie krijg ik medicatie tegen de misselijkheid. Behalve kort wat hoofd- en neuspijn voel ik er verder niks van. De eerste uren daarna voel ik me prima, maar in de loop van de dag voel ik me misselijk worden. Helaas houdt dit, ondanks de medicatie, de dagen daarna aan. Ik voel me beroerd en heb nauwelijks trek in eten.

Als ik na 5 dagen me nog steeds beroerd voel bel ik met het ziekenhuis. Ik krijg extra medicatie tegen de misselijkheid. Het helpt iets, maar echt veel beter ga ik me niet voelen. Ik voel me zwak en heel moe, maar daarnaast is mijn lichaam ook heel onrustig, waardoor slapen nauwelijks lukt. Als ik in de wachtkamer van de diëtiste zit val ik bijna flauw, waarschijnlijk door een lage bloeddruk. 

Ik besluit met de kinderen, die nog vakantie hebben, een paar dagen naar mijn ouders te gaan. Ik word daar goed verzorgd: m’n moeder zoekt uit wat kan helpen tegen de misselijkheid, koopt boillonnetjes voor meer zout tegen de lage bloeddruk en zorgt ervoor dat ik even kan douchen (op een tuinstoel in de douche). De kinderen krijgen ook hun aandacht van opa en oma, zodat ik lekker in bed kan liggen als ik dat wil. 

Ruim een week na de kuur voel ik me voor het eerst wat beter. Ik ga naar de fysiotherapeut en het bewegen lijkt ook te helpen. Vanaf dan lukt het langzaamaan weer om normaal te gaan eten. Ik voel me helderder in mijn hoofd en krijg weer zin om dingen te doen. Bij de controle blijken mijn bloedwaardes goed, dus ik mag door voor de tweede kuur. 








23 november 2022 2 comments
4 Facebook Twitter Google + Pinterest
‘Op dat moment kan ik alleen maar huilen’

De volgende stap in het traject is het zetten van de ‘port-a-cath’. Dit is een klein kastje van metaal dat onder de huid van de borstkas komt. Hieraan kan een infuus worden bevestigd waardoor de chemotherapie gegeven kan worden. Ook kan hierdoor bloed afgenomen worden. Heel fijn voor mij met mijn prikfobie.

Het zetten van de port-a-cath wordt op de operatiekamer gedaan, maar is, naar zeggen van de chirurg, ‘een kleine ingreep’. Uiteraard voel ik me toch gespannen als ik me bij de dagopname meldt. Het is voor de chirurg dan misschien klein, maar ik lig niet elke dag op de operatietafel. 

Door een spoedgeval moet ik langer wachten dan gepland. Heel erg vind ik het niet:  ik lig in bed, kan rustig lezen en krijg iets kalmerends waardoor ik nog even slaap. De ingreep wordt onder plaatselijke verdoving en met een roesje gedaan. Het verloopt allemaal goed en ik kan snel daarna naar huis. Zij het wel met een behoorlijk pijnlijke en beurse plek.

 

Bij de verpleegkundige

De volgende dag heb ik een afspraak bij de oncologisch verpleegkundige. Zij gaat me alles uitleggen over de praktische zaken van de chemotherapie. Ik krijg eerst 4x, om de twee weken, een kuur, daarna een nieuwe MRI-scan en vervolgens nog 12 weken een andere kuur. Om het overzichtelijk te houden bespreken we vandaag alleen de eerste reeks kuren.

Ik krijg een lijst voor me met alle mogelijke bijwerkingen. Als we bij het kopje ‘haarverlies’ komen, noem ik dat ik graag een ‘Coldcap’ wil proberen. Dit is, zoals het zegt, een zeer koud soort muts die je op je hoofd krijgt tijden de chemokuur en dat de kans op haaruitval kleiner maakt. Ik krijg gelijk te horen dat dat niet kan. Bij deze kuur heeft dat geen effect.  Dat is even een breekpunt. De houvast en de controle die ik nog dacht te hebben over een deel van het proces, een deel wat ik heel moeilijk vind, is weg. Ik moet gaan accepteren dat mijn haar uit gaat vallen, maar op dat moment kan ik alleen maar huilen.

Na een glaasje water en troost van Björn en de verpleegkundige nemen we de rest van de lijst door. Daarna bespreken we welke medicijnen ik wanneer moet gaan nemen en wordt er een afspraak gemaakt voor de eerste kuur. Met een tas vol medicijnen, voornamelijk tegen de misselijkheid, verlaat ik later het ziekenhuis. Ik ben er klaar voor. Een soort van. 

16 november 2022 2 comments
2 Facebook Twitter Google + Pinterest
Older Posts